Pendelen met de fiets is de toekomst

14/05/2020

Dubbelinterview met Nele Tierens en Frederik Depoortere

Vlaanderen fietst graag. Je hoeft in het weekend maar de stad of het platteland in te trekken en je ziet ze al: de winkelende fietser, het voorbijzoevende peloton, de genietende wielertoerist… Fietsers veroveren in recordtempo het straatbeeld. Maar nu we met z’n allen meer in de file staan, lijkt de fiets ook op weekdagen vaker van stal gehaald te worden. Maar klopt deze indruk? We vroegen het aan Nele Tierens, beleidsmedewerker Mobiliteit van de provincie Vlaams-Brabant, en Frederik Depoortere, fietsmanager bij Brussel Mobiliteit.

Klopt het dat er de voorbije jaren meer en meer gefietst wordt in Vlaanderen en Brussel? 

Nele: Het aantal fietsers in Vlaams-Brabant stijgt inderdaad. Dit blijkt zowel uit de federale diagnostiek woon-werkverkeer als uit onze eigen telgegevens. Om het fietsverkeer in kaart te brengen voertde provincie Vlaams-Brabant sedert 2012 tellingen uit op fietssnelwegen. Concreet op de F3, de fietssnelweg tussen Leuven en Brussel, is het fietsverkeer op vijf jaar tijd met 24% toegenomen.

Frederik: Ook in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest evolueert het fietsgebruik de laatste 20 jaar in stijgende lijn. Vooral het fietsgebruik voor het woon-werkverkeer en korte afstanden zit hier in de lift.

“De fiets moet kunnen concurreren met de auto. Zowel qua comfort, als qua reistijd.”

Een positieve evolutie dus. Hoe kunnen we dat aantal nóg doen stijgen?

Frederik: Uit enquêtes blijkt dat in Brussel vooral de autodruk en het onveiligheidsgevoel mensen afschrikken om te fietsen. Daarnaast wordt ook het ontbreken van goede fietsinfrastructuur aangehaald als reden waarom men niet fietst. In dat kader ben ik dan ook blij te kunnen meegeven dat de fietsparkings aan de metrostations Beurs en De Brouckère eind 2018 afgerond zullen zijn. Er zal trouwens ook een fietspunt en fietsatelier geopend worden.

Nele: Goede en veilige fietsinfrastructuur is inderdaad een must, want om meer mensen aan het fietsen te krijgen, moet de fiets kunnen concurreren met de auto. Zowel qua comfort, als qua reistijd. Zo heeft de F3 Leuven-Brussel, die parallel ligt aan de oververzadigde E40 en de N2, een enorm fietspotentieel.

De fietssnelwegen die in het kader van Werken aan de Ring worden aangelegd zijn dus goed nieuws?

Frederik: De fietssnelwegen bieden opportuniteiten: ze zullen de oversteek van de Ring in de toekomst nog veiliger en vlotter maken. Nochtans kan je de luchthaven en de industriegebieden langs de Ring makkelijk bereiken per fiets. Ook voor mensen die willen overstappen op het openbaar vervoer kan de fietssnelweg een interessante schakel zijn.

Nele: Bovendien worden een aantal fietssnelwegen nu versneld aangelegd. De nieuwe fietssnelwegen zullen, net als alle andere fietssnelwegen in Vlaanderen, het F-logo en de daarbij horende signalisatie meekrijgen. Zo wordt de leesbaarheid verhoogd voor fietsers op de route en wordt tegelijk de fietssnelweg zichtbaar gemaakt voor ‘nog-niet-fietsers’. Eind mei hebben de provincies ook een update van de website fietssnelwegen.be gelanceerd. Hier kan je een kaart raadplegen van alle fietssnelwegen met info over ontwerpstudies en werken.

Zoals jullie al aangaven, zijn de fietssnelwegen ook een goede zaak voor veel bedrijven: ook voor het woon-werkverkeer kunnen ze veel gebruikt worden. Maar zijn ze daar wel op voorzien?

Nele: Voor de nieuwe fietssnelwegen wordt uitgegaan van een breedte van 4 meter. We moeten rekening houden met zowel de snelle e-bikes, die meer en meer dienst doen voor woon-werkverkeer, als met de bredere fietskarren en bakfietsen en de recreatieve fietsers die graag met z’n tweeën naast elkaar rijden. Ook scholieren en voetgangers moeten zich met een gerust hart op de fietssnelweg kunnen begeven. Daarom pleiten we altijd voor de aanleg van brede fietssnelwegen. Zo zijn ze zeker ‘future-proof’.

“Zone 30 raakt in steeds meer gemeenten ingeburgerd. Er is dus een positieve evolutie aan de gang”

En als we verder kijken dan de fietsinfrastructuur, welke andere punten rond mobiliteit zijn -vanuit het standpunt van de fietser- voor verbetering vatbaar?

Nele: Fietsers moeten ook in gemengd verkeer, dus zonder aparte fietsinfrastructuur, veilig en aangenaam kunnen fietsen. Sluipverkeer brengt fieters in de verdrukking, maakt het fietsen – soms ook subjectief - gevaarlijk en is bovendien nefast voor de leefbaarheid in de regio. Het is daarom ook een goede zaak dat hier aandacht aan besteed wordt in het programma Werken aan de Ring. Maar vaak is het een kwestie van echt maatregelen te durven nemen die het autoverkeer en de snelheid inperken. Zo hebben we in Vlaams-Brabant al meerdere schoolstraten. Ook fietsstraten, waar de auto te gast is, zijn in opmars. Technologieën zoals ANPR-camera laten toe om heel effectieve  maatregelen te nemen in het weren van doorgaand verkeer.

Frederik: De zone 30 is inderdaad heel erg belangrijk voor fietsers en we merken op dat deze snelheidsbeperking in steeds meer gemeenten raakt ingeburgerd. Er is dus al een positieve evolutie aan de gang. Daarnaast doet de Fietsbrigade in de verschillende wijkgemeenten van Brussel erg goed werk. In samenspraak met de wijkagent kunnen zij problemen van burgers snel en efficiënt aanpakken.  

Ook bedrijven springen op de (fiets)kar

Meer mensen overtuigen om op de fiets te springen, doe je niet alleen door betere fietsinfrastructuur aan te leggen. Daar is meer voor nodig. 

Nele: Het is heel belangrijk bedrijven te blijven betrekken bij het programma Werken aan de Ring en warm te maken om voor de fiets te kiezen. Via de Fietstest van de provincie kunnen Vlaams-Brabantse bedrijven hun werknemers gedurende drie weken verschillende fietsen laten uittesten. Die positieve fietservaring verleidt hen om ook nadien vaker voor de fiets te kiezen in het woon-werkverkeer. Maar ook maatregelen vanuit fiscale hoek kunnen helpen, zeker in combinatie met een doordacht parkeerbeleid. Als de bedrijfswagen minder interessant wordt en projecten als ‘cash-for-car’ en het mobiliteitsbudget verder ingang vinden, kan dat veel werknemers overtuigen de fiets te nemen. N.v.d.r.: Bedrijven met vragen over hun eigen mobiliteitsbeleid of over de geplande Werken aan de Ring kunnen contact opnemen met het New Mobility Network.

Werken aan de Ring: Fietssnelwegen langs, over en onder de Ring

 
Een aantal ontbrekende schakels in het fietsnetwerk wordt weggewerkt:
  • Sinds september 2019 rijden fietsers vlot en veilig over het eerste deel van de F28. Over een traject van 3 kilometer langs de A12 in Meise en Grimbergen ligt nu een fietssnelweg van 4 meter breed, door een groene berm afgescheiden van de rijweg. Op termijn zal de F28 Brussel en Willebroek verbinden. 
  • De Kanaalroute Noord (F23) moet in de toekomst Boom met Brussel verbinden. De eerste fase van de werken aan de F23 zijn gestart in december 2019. Het deel van de fietssnelweg dat nu wordt uitgevoerd, loopt langs de Willebroekse Vaart tussen Vilvoorde en Grimbergen, tussen domein Drie Fonteinen en de Verbrande Brug. De tweede fase van de werken, van de Vuurkruisenlaan tot de Verbrande Brug, start in het voorjaar van 2021.
  • De F3 of de HST-fietsroute loopt langs de HST-spoorlijn tussen Leuven en Brussel.We leggen hier onder meer een nieuwe fietsbrug aan over de R0. De missing links in de route worden weggewerkt en we voorzien een aantakking met het bedrijventerrein Keiberg-Kouterveld. De werken aan deze fietssnelweg gingen van start begin juni 2020.
  • In april 2019 zijn de werken aan het eerste deel van de F202 langs de oostelijke zijde van de R22 van start gegaan. Deze fietssnelweg zal finaal Zaventem met Kraainem verbinden en zal, eens volledig gerealiseerd, aansluiten op 2 andere fietssnelwegen: de F203 naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de F3 tussen Brussel en Leuven.
  • De F203 zorgt voor een groene fietsverbinding tussen Brussel, Zaventem en Kraainem die de F202 langs de R22 verbindt met het toekomstig fietspad langs de E40 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In april 2020 begonnen de werken aan het eerste deel van de fietssnelweg in Zaventem en Kraainem.
En er volgt meer

Een aantal fietssnelwegprojecten zit zich nog in studiefase. Zo werken we ontwerpen uit voor de F2 tussen Dilbeek en Groot-Bijgaarden, voor de fietsbrug over de A201 in Machelen en voor de verlenging van de F203 tussen Leuven en Brussel. Ook aan de oostkant van de Ring staan verschillende fietsprojecten op stapel zodat ook daar fietsers veilig van en naar Brussel kunnen trappen. Verschillende omgevingsvergunningen zijn in opmaak en in het najaar starten alvast tijdelijke verbeteringswerken aan de F29, aan de westkant van de Tervurenlaan.